In een gezond stedelijk ecosysteem gedijen insecten goed. Een beplanting met drachtplanten is hiervoor essentieel. Zomerbloeiers leveren dankzij hun grote hoeveelheid nectar en stuifmeel een belangrijke bijdrage aan de biodiversiteit in het stedelijk ecosysteem. Vooral Agapanthus, Liatris spicata en Dahlia zijn bij bijen en vlinders in trek. Daarnaast zijn zomerbloeiers bij uitstek geschikt om de stad te vergroenen; bewoners hebben baat bij een groene, kleurrijke omgeving.
Insecten gedijen zowel goed in de natuur als in de stedelijke omgeving. In een bebouwde omgeving zijn aangepast beheer, voldoende nestgelegenheid en juiste beplanting belangrijke factoren voor een gezond ecosysteem. In de beplanting mogen zomerbollen niet ontbreken. De eerste bloeien eind mei en sluiten daarmee mooi aan op de dracht van voorjaarsbloeiende bloembollen. Ze kunnen zowel in grasstroken, borders als bakken of schalen worden geplant. Door ze op plaatsen toe te passen die ze met het buitengebied of andere groene plekken in de stad verbinden, wordt de biodiversiteit nog groter. Ook voor bewoners is groen op deze manier altijd dichtbij. Lees verder op Ibulb. Meer informatie over bloembollen: zie bloembol.org.